Lerarentekort versnelt leerachterstand op één jaar tijd enorm
Uit onderzoek blijkt dat de onderwijskwaliteit verder de dieperik in gaat. Een studie van de KU Leuven wijst naar het lerarentekort dat sinds corona sterk is toegenomen. Volgens het Vlaams Belang is er dringend actie nodig. “We moeten niet alleen het lerarentekort aanpakken, maar ook de kwaliteit van de instroom”, zegt Vlaams Parlementslid Roosmarijn Beckers.
De recent gepubliceerde bevindingen uit de derde vervolgstudie naar de (corona)leerachterstand van onderwijseconomen Kristof De Witte en Letizia Gambi (KU Leuven) tonen aan dat onze onderwijskwaliteit blijft dalen. De resultaten van leerlingen van het katholiek onderwijs in het zesde leerjaar gaan sinds 2019 jaarlijks achteruit voor Nederlands, Frans, wiskunde en wetenschappen & techniek. Voor Nederlands was er op het einde van het schooljaar 2021-2022 gemiddeld een achterstand van 15 lesweken, voor Frans is dat 9, voor wiskunde 5 en voor wetenschap & techniek 4. De achteruitgang die het schooljaar eerder werd gemeten voor Frans en wetenschap & techniek is op een jaar tijd ongeveer hetzelfde gebleven. Maar voor wiskunde en Nederlands is de kloof niet alleen nog groter geworden, ze is zelfs enorm versneld.
“Aan corona kunnen we dit niet zozeer toeschrijven, er waren wel nog heel wat besmettingen in de winter van 2021-2022 met veel leraren die in quarantaine moesten, maar de grote boosdoener is hier het lerarentekort”, reageert Vlaams Parlementslid Roosmarijn Beckers. “Sinds 2019 is het aantal onderwijsvacatures enorm gestegen, maar werd de poel aan beschikbare (vervang)leraren alsmaar schaarser.” Enkele maanden geleden trok professor De Witte al aan de alarmbel over het recordaantal vacatures in het basisonderwijs. Zijn onderzoek toont aan dat per procentpunt dat het aandeel niet-ingevulde vacatures stijgt, de leerachterstand met 2,5 lesweek stijgt. Ook de ervaring van leraren speelt een rol: scholen met een hoger aandeel jonge leraren tonen een grotere gemiddelde daling in toetsscores, terwijl het tegenovergestelde geldt voor scholen met een meer ervaren lerarenkorps.
“Minister Weyts moet dus dringend werk maken van het versterken van de kwaliteit van de lerarenopleidingen en van de instroom richting die opleidingen”
“Naast het feit dat er eenvoudigweg te weinig leraren zijn, is er ook het kwalitatieve lerarentekort”, gaat Beckers verder. “Tegenwoordig staan er door het lerarentekort heel wat personen voor de klas zonder de juiste kwalificaties. Maar ook bij de voldoende gekwalificeerde leraren zien we dat een redelijk aandeel bepaalde kennis en competenties mist.” Het onderzoek wijst daarbij op de veranderde instroom in het lerarenberoep en dat wordt ook beaamd door KOV-topman Lieven Boeve. “Minister Weyts moet dus dringend werk maken van het versterken van de kwaliteit van de lerarenopleidingen en van de instroom richting die opleidingen”, aldus Beckers. “Ook moeten we zorgen voor betere aanvangsbegeleiding en professionalisering van mensen die al in het veld staan, want daar hinken we met Vlaanderen serieus achterop.”
Maar ook de hoge uitstroom uit het onderwijs blijft een nijpend probleem. Ieder jaar verlaten 3.600 beginnende leraren opnieuw het onderwijs. Vandaag is minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) zelfs niet meer bereid een update te geven over deze statistiek. “Van deze onderwijsminister moeten we deze legislatuur hieromtrent niks meer verwachten. Met de proeftuinen laat hij de scholen zelf oplossingen voor het lerarentekort verzinnen en de theoretische oefening over hervormingen van het lerarentekort heeft hij bij zijn zogenaamde Commissie van Wijzen geparkeerd” besluit Beckers. “Ondertussen blijft ons onderwijs zienderogen doodbloeden. Als er geen actie komt, zal Weyts’ ‘onderwijstanker’ onherroepelijk gezonken zijn.”