“Meer bussen nodig om leerlingen met beperking naar school te vervoeren”
Het Vlaams Belang is alvast tevreden met de aankondiging van minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open Vld) dat ze het probleem van de lange busritten voor schoolgaande kinderen wil aanpakken. Het is ronduit onaanvaardbaar dat zij vele uren per dag op de bus zitten, vindt de partij. “Het is echter betreurenswaardig dat dit nu pas aan bod komt in de Vlaamse regering. Dat er in al die jaren van aanklachten en pijnlijke verhalen amper iets is bewogen, is te wijten aan een gebrek aan politieke verantwoordelijkheid van de Vlaamse regering”, zegt Vlaams Parlementslid Wim Verheyden (Vlaams Belang). “Het opzet echter om data te laten verzamelen door De Lijn om het debat te staven zijn vijgen na Pasen. Er moeten nu dringend meer middelen komen om meer en aangepaste bussen te kunnen inzetten.”
Uit een bevraging van het katholiek onderwijs blijkt dat in één op vijf scholen kinderen met een beperking ’s morgens langer dan tweeënhalf uur op de bus zullen zitten. Of in totaal dus meer dan vijf uur per dag. Maar uit andere getuigenissen blijkt dat sommigen zelfs acht tot tien uur per dag op de bus zitten. Minister Peeters belooft nu een structurele oplossing, maar ouders en scholen klagen de problematiek al zeker twintig jaar aan. Het Vlaams Belang uit dan ook forse kritiek op het feit dat de ministers voor Onderwijs en Mobiliteit de hete aardappel in deze almaar blijven doorschuiven. Nu vindt Peeters dat De Lijn cijfers moet verzamelen over hoeveel kinderen en welke trajecten het gaat, vrijdag bespreekt ze de zaak met de collega-ministers waaronder onderwijsminister Ben Weyts (N-VA).
“Men heeft vele miljoenen over om de bussen te vergroenen, terwijl men voor het welzijn van schoolgaande kinderen amper middelen over heeft”
Het Vlaams Belang vraagt zich dan ook af hoe het komt dat – na 20 jaar – de Vlaamse regering nu pas de opdracht geeft aan De Lijn om objectieve data te verzamelen. “Het probleem is al jaren gekend en sinds 2016 lopen er al verschillende jaren proefprojecten in Roeselare, Leuven en Antwerpen”, reageert Verheyden. “We zijn er bovendien niet van overtuigd dat de mogelijkheden die de minister aanhaalt het probleem ook zullen oplossen. Het feit dat minister Weyts mee aan tafel zal schuiven en eerder afwachtend reageert, is veelzeggend”, aldus nog Verheyden.
Minister Peeters ziet oplossingen in onder meer het centraliseren van opstapplaatsen, de inzet van minibusjes of een combinatie met buitenschoolse opvang. “Dit zal voor kinderen met specifieke noden niet altijd een oplossing bieden”, stelt Verheyden. Tot slot wijst de partij op het gebrek aan middelen voor De Lijn. Ook de vervoersmaatschappij zelf laakt de afgebakende middelen die het krijgt om de doelgroep te verplaatsen. “De middelenproblematiek wordt continu besproken met de Vlaamse overheid, maar er komt maar geen duidelijkheid”, klinkt het. Daar wil het Vlaams Belang nu verandering in en de partij pleit dan ook voor de inzet van meer bussen. “Er moeten meer en aangepaste bussen komen voor specifieke doelgroepen zoals het buitengewoon onderwijs”, besluit Verheyden.