Vlaamse ministers lieten zich drie keer de wereld rondrijden op drie maanden

117.079 kilometer. Zoveel lieten de Vlaamse ministers zichzelf rondrijden in de laatste drie maanden van 2019. Dat is nagenoeg drie keer de omtrek van de aarde. Dat blijkt uit informatie die Vlaams Parlementslid Bart Claes (Vlaams Belang) opvroeg aan minister-president Jan Jambon (N-VA). Opmerkelijk, maar wie zichzelf het allermeest liet rondrijden is de Vlaamse minister van Milieu/Omgeving, Zuhal Demir (N-VA). Zij liet zich maar liefst 28.500 kilometer rondrijden. Gezien de regering van Jambon pas aantrad op 2 oktober, gaat het over een kleine 10.000 kilometer per maand. Vlaams Belang roept de ministers op om rechtlijnig te zijn en te stoppen "met andere burgers met een wagen te pesten”, zoals met het rekeningrijden of de LEZ-regels.

Net zoals dat het geval is bij de federale regering, kunnen ministers in de Vlaamse regering gebruik maken van een persoonlijke dienstwagen en een chauffeur. Niet iedereen maakt daar evenveel gebruik van echter, zo blijkt uit de cijfers van 2 oktober tot en met 31 december 2019. Demir steekt hierbij met kop en schouder uit boven haar collega’s. De eerstvolgende Vlaamse minister is Jambon, met 19.178 kilometers. Minister Lydia Peeters (Open Vld) - bevoegd voor Mobiliteit - sluit de top drie af met 17.058 kilometers. De andere ministers bleven nagenoeg allemaal onder de 10.000 kilometer. Vlaams minister van Welzijn Wouter Beke (CD&V) legde het minste kilometers af (5.063). Beke zijn kabinet heeft overigens ook “een elektrische fiets aangeschaft voor verplaatsingen van de minister binnen Brussel”, luidde het in het antwoord aan Bart Claes.

Vlaams Belang vraagt ministers om gezond verstand bij gebruik dienstwagens: “En stop ineens ook met andere burgers met een wagen te pesten”

Het wagenpark van de ministers zelf is met uitzondering van de wagen van onderwijsminister Ben Weyts (N-VA) uitgerust met hybride motors. Ook zijn het allemaal nieuwere wagens - Jambon en financiënminister Matthias Diependaele (N-VA) laten zich rondrijden met de oudste wagens, uit bouwjaar 2016 - wat de uitstoot per gereden kilometer wel beperkt, maar niet de kostprijs van het leasen. Die loopt per wagen op tot bijna 2.500 EUR per maand, zo bleek eerder al deze maand. Het Vlaams Belang vraagt zich daarom af of elke minister niet beter dezelfde wagen zou krijgen en of de Vlaamse regering wel alle inspanningen doet om de meest voordelige wagens te vinden.

“Bovendien gaat het om bijzonder veel gereden kilometers. Dat ministers mobiel moeten kunnen zijn, is te begrijpen, maar 10.000 kilometer per maand is toch wel heel veel, zelfs voor een minister die in Genk woont. Het gaat nota bene dan nog eens om de milieuminister”, zo laat Bart Claes optekenen. “Van mij mogen ministers gerust een wagen gebruiken, maar gebruik het gezond verstand en gun vooral de burgers diezelfde vrijheid. Stop nu alsjeblieft met pestmaatregelen zoals het rekeningrijden of de LEZ-manie.”