Klimaatterreur moet ernstig bestraft worden
Het Vlaams Belang neemt met afschuw kennis van de aanval die milieuterroristen vandaag uitvoerden op de Mona Lisa van Leonardo Da Vinci. “Dergelijk vandalisme vindt helaas ook in dit land plaats”, zegt Kamerlid Katleen Bury. “Dankzij de druk van onze partij worden er gelukkig al beveiligingsmaatregelen genomen, maar een strengere bestraffing is ook absoluut noodzakelijk ter bescherming van ons kunstpatrimonium.”
Klimaatextremisten en vandalen, in onze pers zorgvuldig ‘activisten’ genoemd, hebben deze ochtend soep gegooid over de overbekende Mona Lisa van Leonardo da Vinci. Momenteel wordt het doek, dat zich achter gepantserd glas bevindt, onderzocht op schade. “De klimaatterroristen ijveren naar eigen zeggen voor het recht op gezonde en duurzame voeding”, aldus Bury. “Dan is het wel eigenaardig dat ze uitgerekend met voeding smijten. En nu zullen wellicht heel wat milieuverontreinigende producten gebruikt worden om alles perfect proper te krijgen.”
“Bangmakerij van klimaatgoeroes en groene politici maken de kans op vandalisme alleen maar groter”
Het is het Kamerlid na talloze acties tegen onder meer werken van Van Eyck, Vermeer en nu Da Vinci, nog steeds niet duidelijk wat het klimaat gebaat is met de vernietiging van werelderfgoed: “Wat echter wel heel duidelijk is, is het feit dat we ons kunstenpatrimonium moeten beschermen tegen de blinde waanzin van dit soort extreemlinkse gekken. Geen enkel doel, geen enkele strijd, rechtvaardigt vandalisme. Ook niet de strijd voor het milieu of het klimaat, of zoals vandaag blijkbaar, voor het recht op voedsel.”
“De huidige en voortdurende bangmakerij van extremistische klimaatgoeroes en allerhande groene politici maken de kans op dit soort zinloos vandalisme alleen maar groter en groter”, besluit Bury. “Dat maakt een verstrenging van de bestraffing ervan alleen maar dringender. Vandaag wordt het opzettelijk beschadigen van graven, monumenten en kunstvoorwerpen slechts bestraft met een gevangenisstraf van 8 dagen tot een jaar. Wij willen die strafmaat optrekken naar zes maanden tot drie jaar en dienden hierover eerder al een wetsvoorstel in.”