De nieuwe herwerkte eindtermen zijn te vaag
Het Vlaams Belang onderschrijft de kritiek van onderwijsexpert Luc De Man over de vaagheid van de herwerkte nieuwe eindtermen. Volgens Vlaams Parlementslid Jan Laeremans zijn ze te weinig toetsbaar en te weinig evalueerbaar. “Hierdoor valt de ambitie van de Vlaamse regering om via de eindtermen de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren voor een groot stuk in het water. Als we de kwaliteitsdaling willen doen keren, moet de loopgravenoorlog tussen het kabinet van minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) en de onderwijskoepels echt stoppen.”
In een recent interview in Knack stelt onderwijsexpert Luc De Man dat de nieuwe afgeslankte eindtermen van de tweede en derde graad secundair onderwijs te vaag en te vrijblijvend zijn. Daardoor zal de kwaliteit van ons onderwijs voor een groot deel afhangen van de keuzes die afzonderlijke scholen en leraren maken. De Man formuleerde zijn bedenkingen ook al in juni tijdens een hoorzitting in het Vlaams Parlement. Maar in Knack stelt hij de zaken wel nog wat scherper. Hij haalt vooral uit naar de onderwijskoepels die vertegenwoordigd waren in de overkoepelende commissie en die er vooral de boel vertraagden.
“De eindtermen moeten concreter zijn, zodat ze makkelijker zijn om te zetten in toetsitems, wat belangrijk is in het licht van de komende Vlaamse centrale toetsen”, aldus Laeremans. “De eindtermen zijn nu te weinig bruikbaar voor de evaluatie van scholen voor de Vlaamse Onderwijsinspectie als controlerend orgaan.”
“De machtsspelletjes moeten stoppen”
“De herwerkte eindtermen gaan duidelijk in tegen de voornemens van de huidige en vorige Vlaamse regering”, gaat Laeremans verder. “De ambitie was om de minimale leerdoelen helderder te maken, dus om meer in te zetten op kwaliteitsbewaking. Maar de koepels wilden meer inzetten op interne kwaliteitszorg. Dat is dan uiteindelijk geëscaleerd tot de gekende loopgravenoorlog tussen Weyts en KOV-topman Lieven Boeve.”
“Dit had allemaal voorkomen kunnen worden als de Vlaamse regering de bezorgdheden rond die kwantiteit meer serieus had genomen, en als de koepels ‑ en vooral het katholiek onderwijs - minder panisch deden over externe kwaliteitscontrole”, besluit Laeremans, die wil dat de machtsspelletjes ophouden. “Ambitieuze eindtermen van overheidswege dienen immers niet om scholen en leraren die het goed doen de les te spellen of om hun autonomie te ontnemen, maar om scholen waar het beter kan op het pad te houden en zo inzake het curriculum een basis aan gelijke onderwijskansen te bieden aan alle leerlingen in Vlaanderen.”