Werkzaamheidscijfers tonen noodzaak regionalisering arbeidsmarktbeleid aan
Samen met de Gentse professor arbeidseconomie Stijn Baert kan het Vlaams Belang enkel vaststellen dat de taalgrens ook inzake werkloosheid een grens blijft. “Net als in 2018 is het percentage uitkeringsgerechtigde werkzoekenden bij de 25- tot 64-jarigen in alle Vlaamse provincies lager dan in om het even welke Waalse provincie", zegt Vlaams Belang-voorzitter Tom Van Grieken. “Baerts nieuwe studie toont nog maar eens de noodzaak van een eigen Vlaams arbeidsmarktbeleid aan.”
Uit berekeningen die Baert maakte op basis van Europese cijfers blijkt dat sinds de provincieraadsverkiezingen van 2018 in iedere Vlaamse provincie, op Vlaams-Brabant na, de werkzaamheidsgraad is gestegen. Zo telt West-Vlaanderen vandaag 82 procent werkenden onder de 25- tot 64-jarigen, en Oost-Vlaanderen met 81,9 procent bijna evenveel. “Het is uiteraard een goede zaak wanneer mensen op beroepsactieve leeftijd ook effectief aan het werk zijn”, aldus Van Grieken. “Werk zorgt voor een inkomen en voor sociale contacten, maar ook voor welvaart. Hoe meer mensen werken, hoe meer in komsten voor de overheid, die daarmee de publieke diensten en de sociale zekerheid betaalt.”
“In Wallonië, maar ook in Brussel blijft men teren op de Vlaamse belastingbetaler”
Vlaanderen mag het dan wel goed doen wat werkzaamheidsgraad betreft, de verschillen met het Franstalige landsgedeelte blijven overduidelijk. Op grote afstand met de slechts scorende Vlaamse provincie, Vlaams-Brabant (78 procent), sluiten Luxemburg (73 procent), Namen (71,8 procent), Luik (66,8 procent) en Henegouwen (66,1 procent) het rijtje af. Zeker voor de provincie Henegouwen zijn de cijfers dramatisch. Het percentage werkzoekenden ligt er bijvoorbeeld meer dan drie maal zo hoog als in Oost-Vlaanderen. “In Wallonië, maar ook in Brussel, blijft men teren op de Vlaamse belastingbetaler”, stelt Van Grieken. “Indien het aparte EU-lidstaten waren, zouden Wallonië en Brussel de laagste werkzaamheidsgraad hebben van alle EU-lidstaten. Lager nog dan Griekenland, Spanje, Polen of Roemenië. Vlaanderen daarentegen doet het zelfs beter dan Duitsland of Nederland.”
“In Vlaanderen heerst ontegensprekelijk een andere arbeidsethos dan in Wallonië of Brussel. Zo zijn Vlamingen echte doorzetters, en haken er bij ons minder mensen af wegens arbeidsongeschiktheid”, besluit Van Grieken. “De recente cijfers tonen nog maar eens de noodzaak aan van een volledige regionalisering van het arbeidsmarktbeleid. Wallonië en Brussel moeten geresponsabiliseerd worden. En Vlaanderen moet een eigen sociaal overleg krijgen, dat collectieve arbeidsovereenkomsten afsluit en minimumlonen vastlegt op maat van de Vlaamse sociaaleconomische realiteit.”