Nieuws
woensdag, 07 apr 2021

Vrijhandelsverdrag tussen EU en Mercosur: “Rammelt langs alle kanten”

Na lang onderhandelen bereikten de EU en de Mercosurlanden in juni 2019 een vrijhandelsakkoord dat de importheffingen voor beide actoren verlaagt. Volgens het Vlaams Belang kan echter de uitverkoop van Vlaanderen aan het globale grootkapitaal niet zomaar toegelaten worden. “Meer dan ooit dringt zich een nationalistische oplossing op”, zegt Europarlementslid Tom Vandendriessche (Vlaams Belang), want dit is opnieuw een loutere overwinning voor de globalisering.” Europees Commissaris Cecilia Malström en ook Frans President Emmanuel Macron waren zeer lovend. Maar kent dit akkoord ook verliezers?

De princiepsovereenkomst voorziet in het wegvallen van handelsbelemmeringen en heffingen tussen de EU en het Mercosur, een vrijhandelsblok met daarin Brazilië, Argentinië, Uruguay, Paraguay en Venezuela. De Mercosur-landen beloven een verlaging van de importheffingen op Europese chemicaliën en industriële goederen zoals auto’s, terwijl de EU hetzelfde zal doen met Zuid-Amerikaanse voedingswaren zoals rundsvlees, pluimvee en suiker. Ook op de Belgische markt zullen binnenkort massaal Zuid-Amerikaanse eetwaren aanwezig zijn.

Volgens het Vlaams Belang neigt deze uniformisering van de Europese interne markt echter naar oneerlijke concurrentie. Onze landbouwsector wordt in eerste instantie voor de leeuwen gegooid. De Europese landbouw -en voedingssector was al gevoelig voor concurrentie uit Zuid-Amerika, maar het akkoord drijft dit nog verder. Experten voorspellen bovendien een exponentiële groei van de vleesproductie in Zuid-Amerika, gekoppeld aan de reeds gebrekkige prijsvorming in de EU zal dit onze landbouw -en veesector ontwrichten. De EU zal massaal goedkope voedingswaren importeren die vaak middels sociale uitbuiting werden geproduceerd. Ethisch onverantwoord volgens het Vlaams Belang.

“Er is geen gelijk speelveld, vermits bedrijven in de Mercosur-landen vaak hun laars lappen aan de sociale rechten van hun arbeiders”

Het gebrek aan het gelijke speelveld leidt ook tot de milieubekommernis. De EU wil met haar Green Deal het continent tegen 2050 klimaatneutraal maken tegen een kostprijs van 1.000 miljard euro. Die Deal is vanzelfsprekend erg radicaal, maar maakt terecht een speerpunt van lokale productie. Door het EU-Mercosur-akkoord neemt de EU echter een loopje met haar eigen klimaatdoelstellingen, want overzeese import is heel CO2-intensief terwijl lokale productie veel groener is. Bovendien springen de Mercosur-landen roekelozer om met het milieu. Zo is de boskap van het Amazonewoud alom present. Doordat Europese bedrijven zich dus aan allerlei ecologische voorschriften moeten houden en Latijns-Amerikaanse bedrijven niet, is dit alweer een vorm van oneerlijke concurrentie. 

Voorschriften voor Europese vee- en landbouwbedrijven garanderen een ethische productie van kwaliteitsvolle producten. Voorschriften in Zuid-Amerika daarentegen hebben een lager niveau, waardoor pesticiden, kunstmatige groeiversnellers en een teveel aan antibiotica vaak aanwezig zijn. De overheid moet echter de kwaliteit van onze voedselproductie kunnen controleren. De invoer van goedkope Zuid-Amerikaanse waren uit bijna onbekende productiebron zorgt ervoor dat dit niet mogelijk is.

Om economische-, ecologische- en gezondheidsredenen moet dit akkoord dus verworpen worden. Op Europa rust de ethische verantwoordelijkheid om de eigen bevoorrading te garanderen, de landbouwers en veeteelthouders beschermen en het milieu niet op te offeren voor de vrijhandel en haar bevolking. Enkel lokale productie kan dit garanderen en daarom moet het lokalisme geplaatst worden tegenover het onbezonnen globalisme.