Vlaamse regering laat laatstejaarsstudenten verpleegkunde in ongewisse over onkostenvergoeding
Het is niet zeker dat de laatstejaarsstudenten verpleegkunde dit jaar nog een onkostenvergoeding van de Vlaamse regering zullen krijgen. “Dit zal het tekort aan verpleegkundigen alleen maar in de hand werken”, zegt Vlaams Parlementslid Immanuel De Reuse. “De Vlaamse regering moet haar beloftes nakomen. Deze onduidelijkheid is tekenend voor het schrijnend gebrek aan respect voor de zorg.”
Sinds kort duurt de bachelor verpleegkunde vier jaar, waarvan het laatste jaar bijna volledig uit stage bestaat. De laatstejaarsstudenten moeten dan in totaal 840 uur of zes maanden stage lopen, met zowel vroege, late en nachtdiensten. Vermits die stages onbetaald zijn, maar ook heel wat uitgaven met zich meebrengen, beloofde de Vlaamse regering de laatstejaarsstudenten een financiële onkostenvergoeding van 1.000 euro.
Die werd de voorbije drie jaar telkens uitbetaald, maar voor dit jaar is hier nog geen zekerheid over. Niet alleen de ruim 1.500 studenten die recent afstudeerden, maar ook de studenten die op het punt staan hun vierde jaar aan te vangen, zijn dan ook niet zeker dat ze de eerder toegezegde onkostenvergoeding zullen ontvangen. Om hun ongenoegen over deze onduidelijkheid te uiten schreven de studenten een open brief aan minister van Welzijn Hilde Crevits (cd&v).
“Er wordt precies alles aan gedaan om de job van verpleegkundige zo onaantrekkelijk mogelijk te maken”
“De onduidelijkheid over deze onkostenvergoeding zal het tekort aan verpleegkundigen alleen maar in de hand werken”, zegt De Reuse. “Door de opleiding naar vier jaar te brengen, had de Vlaamse regering de drempel om verpleegkundige te worden al verhoogd. Het is onbegrijpelijk dat er precies alles aan gedaan wordt om de job zo onaantrekkelijk mogelijk te maken.”
Het Vlaams Belang steunt het protest van de studenten. “De Vlaamse regering moet haar beloftes nakomen”, aldus De Reuse. “Deze onduidelijkheid is tekenend voor het schrijnend gebrek aan respect voor de zorg. Tijdens de coronacrisis werd er nog elke avond voor de sector geklapt, maar nu wordt er weer zoals vanouds aan struisvogelpolitiek gedaan.”
