Vlaams Belang wijst legalisering cocaïne af
Opnieuw probeert Vooruit hun pro-drugsagenda erdoor te duwen. Antwerps schepen Jinnih Beels (Vooruit) riep nogmaals op om cocaïne te legaliseren en zelfs als overheid zelf te verkopen. “Immoreel, waanzinnig en doortrapt”, reageert het Vlaams Belang. “Je kan niet misdaad tegengaan door alle misdaad te legaliseren. Er is een reden waarom drugs illegaal zijn: het is schadelijk voor de gezondheid, het is zeer verslavend en het treft vooral kansarmen die erdoor in cyclus van miserie terechtkomen. We gaan de problemen die we reeds hebben met alcohol niet verbeteren door er nog wat drugs bij te gooien.”
Volgens Jinnih Beels, Vooruit-schepen in Antwerpen en nochtans oud-politiecommissaris, moeten cannabis- en cocaïnegebruik uit de strafwet. En sterker nog: de overheid moet de productie en verkoop in hand nemen. De overheid als dealer dus. Hoe precies Beels de tropische cocaplant hier wil telen, is dan weer onduidelijk.
“Pak eindelijk ook eens de rijke cocaïnegebruikers aan”
“Het is onbegrijpelijk hoe een schepen in een stad zo hard getroffen door de mocro- en drugsmaffia nu - alweer - pleit voor een legalisering van drugs”, reageert Kamerlid Marijke Dillen. “Iedereen die verslavingsproblematiek kent en weet wat drugs doet jegens gezinnen en kwetsbare maatschappelijke groepen, weet dat meer drugs niet de oplossing zijn. We gaan de problemen die we reeds hebben met alcohol niet verbeteren door er nog drugs bij te gooien.”
Integendeel, vindt Dillen, we moeten de strijd tegen drugs en de mocromaffia opvoeren, maar dan wel op een doeltreffende manier. “Naar de bron wordt amper gekeken en ook de pakkans voor de veelal rijke gebruikers is nagenoeg nihil”, zo zegt het Kamerlid tot slot. “Er moeten daarom slimme sensoren komen in onze havens om 100% van de containers uit risicolanden te controleren, we moeten druk uitoefenen op de herkomstlanden om zelf ook meer te doen en we moeten tot slot rijke drugsgebruikers beginnen viseren en aanpakken met monsterboetes vanaf 5.000 euro zodat we de vraag kunnen doen instorten.”
