Senaat heeft nog veel te leren inzake democratische vernieuwing en burgerschap
Vlaams Belang uitgesloten van commissievoorzitterschappen
Deze week grepen in de Senaat de benoemingen van de bureaus van de commissies plaats. In die bureaus zetelen de voorzitter en de ondervoorzitters van elk van die commissies. Zij hebben tot taak de werkzaamheden van de commissies in goede banen te leiden. Voor de commissievoorzitters hangt daar een bonus aan vast onder de vorm van een extra vergoeding plus een deeltijdse medewerker.
Het reglement is heel duidelijk over de samenstelling van deze bureaus: zij dient te gebeuren volgens de evenredige vertegenwoordiging. Krachtens de jongste verkiezingsuitslag betekent dit dat het Vlaams Belang recht heeft op het commissievoorzitterschap van één van de drie vaste commissies.
De toepassing van deze uiterst democratische regel werd echter vakkundig de nek omgedraaid door de Franstalige en traditionele partijen. Die hadden vooraf reeds alle postjes onder elkaar verdeeld, met uitsluiting van het Vlaams Belang, behoudens een onbetekenende troostprijs onder de vorm van een ondervoorzitterschap van de commissie ‘democratische vernieuwing en burgerschap’. De graaicultuur bij deze partijen is duidelijk nog altijd springlevend.
Het merkwaardige van het verhaal is daarbij dat de traditionele partijen in de Senaat, voor het eerst in zijn bestaan, van oordeel zijn geweest dat er inderdaad een commissie ‘democratische vernieuwing en burgerschap’ moet worden opgericht. VB fractieleider Guy D’haeseleer: “Is dat in een reflex van zelfkennis, wel wetende dat zij op dat vlak ernstig tekort schieten, of is dit als flauwe grap bedoeld? Men vraagt het zich af. Feit is in alle geval wél dat dit voorval aantoont dat de regimepartijen inderdaad nog heel veel te leren hebben inzake democratische ingesteldheid en burgerschap.”