Recordprijzen aan de pomp: “Tweede accijnsverlaging noodzakelijk”
De prijzen aan de pomp bereiken morgen een absolute recordhoogte. “Tot 2,138 euro voor een liter benzine 95, een stijging met 12,1 eurocent. En tot 2,402 euro voor een liter benzine 98, een stijging met 18,3 cent”, zegt Kamerlid Wouter Vermeersch. “Dat is volslagen onbetaalbaar. Het is tijd voor een tweede accijnsverlaging, want de eerste werd al na een week weggeveegd.”
Alle maximumprijzen van benzine 95, benzine 98 en diesel liggen ondertussen ver boven de 2 euro. “Daarvan gaat nog steeds 1 euro naar de diesel en benzine zelf. De andere euro bestaat uit marges, kosten, bijdrages, accijnzen en btw”, aldus Vermeersch. “40% van de prijs aan de pomp verdwijnt dus nog steeds in de zakken van de regering.”
“Brandstof is een basisbehoefte, de prijzen aan de pomp moeten betaalbaar blijven voor iedereen”
“De benzinepomp als een overheidsjackpot beschouwen terwijl vele mensen met een laag- en middeninkomen, zeker ook als onderdeel van hun professionele activiteiten, enkel aangewezen zijn op hun auto, is onaanvaardbaar”, vervolgt Vermeersch. “Ik denk bijvoorbeeld alleen al maar aan verpleegkundigen, thuishulpen en mensen uit dienstenchequesector of de jeugdhulpverlening. De voortdurende prijsstijgingen, die dus telkens zorgen voor extra inkomsten voor de staatskas, hebben enorme negatieve gevolgen voor het inkomen van deze mensen.”
Het Vlaams Belang lanceerde eerder dit voorjaar nog een campagne in heel Vlaanderen om de accijnzen tot een absoluut minimum te beperken. “Wij waren de eersten om dit standpunt in het de parlementen te verkondigen en zullen dat ook consequent blijven doen tot er een tweede accijnsverlaging naar het Europese minimum en een btw-verlaging komt. Zo kunnen we terugkeren naar het niveau van de prijzen van voor de Oekraïnecrisis. Wij willen een maximumprijs van 1,60 euro aan de pomp.”