Laatste vragenuurtje in de Kamer: “afrekening volgt op 9 juni”
In het laatste vragenuurtje van deze legislatuur in de plenaire vergadering van de Kamer van Volksvertegenwoordigers heeft Vlaams Belang-fractievoorzitter Barbara Pas geen vraag meer gesteld aan eerste minister Alexander De Croo (Open Vld). “U hebt hier zelden of nooit op mijn vragen geantwoord, en u zal daar deze laatste keer ook geen begin meer van maken”, aldus Pas, die wel op de vele Vivaldi-mislukkingen wees. “De afrekening volgt op 9 juni, dan zullen we zien hoe de kiezer uw wanbeleid beoordeelt.”
Pas vergeleek verscheidene opera’s die de componist Vivaldi ooit componeerde, met de gang van zaken binnen de regering Vivaldi. Zo deed ‘La tirannia castigata’ het Kamerlid denken aan de tirannie van minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) ten tijde van de avondklokken en de QR-codes. En de wijze waarop ambitie het motief werd voor moord in ‘Artabanus van Perzië’ leek wel herhaald door De Croo, toen die staatssecretaris voor Begroting Eva De Bleeker (Open Vld) om dezelfde reden onder de bus gooide. En Vivaldi’s opera ‘Cato in Utica’, leek wel geschreven voor alle Cd&v’ers in de federale regering. “Alles wat Cato de jongere kon aanraakte, mislukte”, aldus Pas. “Hij had geen enkel succes in het verzet tegen Caesar en toen hij om zijn falen zelfmoord wou plegen, mislukte dat zelfs.”
“Aan de kiezers om de richting van het beleid te bepalen”
“Over het spoor van vernieling dat de naar hem genoemde regering achter heeft achtergelaten, had de begaafde componist zeker een opera kunnen schrijven”, stelt Pas. “Er kwam geen fiscale hervorming, geen arbeidsmarkthervorming en geen grondige pensioenhervorming. De Croo raakte zelfs niet over de bijzondere lage communautaire lat in het regeerakkoord. En ondertussen betalen de Vlamingen de hoogste belastingen van de Oeso-zone en draaien ze op voor een historisch hoge migratiefactuur.”
“In zijn reactie kwam de eerste minister niet verder dan de voorspelbare en gratuite verwijten aan het adres van de oppositie”, blikt Pas terug. “Dat is in het parlement nog het enige waarvoor alle meerderheidspartijen samen nog de handen op elkaar krijgen. En het enige waar de eerste minister nog toe in staat is. Maar de afrekening volgt op 9 juni, dan zullen de kiezers beslissen in welke richting men het beleid moet sturen. En wat ons betreft is dat zeer duidelijk een beleid waar onze mensen opnieuw op de eerste plaats staan.”