Nieuws
maandag, 18 jan 2021

Kleuteronderwijs moet ambitieuzer met focus op “al spelend leren”

Het Vlaams Belang wil een ambitieuzer kleuteronderwijs. “Het speelse en het schoolse aspect moeten in balans zijn om zo tot een optimale vooruitgang te komen”, zegt Vlaams Parlementslid Roosmarijn Beckers (Vlaams Belang). Hiervoor moeten de ontwikkelingsdoelen versterkt worden, maar dit zonder er eindtermen van te maken of programma’s die vasthangen aan thema’s. Wel is er nood aan logisch opgebouwde programma’s met focus op een degelijk taalbeleid. “Hiervoor hebben we professionals nodig die doelgericht met kinderen werken, maar dit zal natuurlijk investeringen vergen.” Dat werd gezegd in de commissievergadering van afgelopen donderdag.

49 procent van de Vlaams kleuters heeft bij de overgang naar de lager school moeite met letters en cijfers, zo bleek uit het internationale TIMSS-onderzoek. Minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) wil dat kleuterscholen al vanaf de leeftijd van 5 inzetten op een voldoende cognitieve ontwikkeling en de beheersing van het Nederlands, omdat dit een cruciale basis vormt voor de doorstroming naar het eerste leerjaar. Naar aanleiding van de verlaging van de leerplicht van 6 naar 5 jaar in september vorig jaar, flakkert nu de discussie op om de onderwijsdoelen die focussen op ervaringsgericht leren, op te krikken tot eventueel de introductie van eindtermen.

Voor het Vlaams Belang moeten de ontwikkelingsdoelen versterkt worden, zonder er juridisch en pedagogisch eindtermen van te maken. “Er moet een evenwicht gevormd worden tussen het schoolse en het spelende, maar wel mét ambitie”, aldus Beckers. Dit ligt ook in lijn met wat expert Johan De Wilde, hoofd van de lerarenopleiding Kleuteronderwijs Odisee Aalst, aanbeveelt. “In een dagpatroon met veel vrijheid en aandacht voor een brede ontwikkeling kan meer focus gelegd worden”, klinkt het. Hij pleit voor een programma dat gericht aan taal en wiskunde werkt en de progressie van elk kind opvolgt. Onderzoek toont bovendien aan dat zulk programma kinderen cognitief versterkt.

“De derde kleuterklas mag geen vervroegd eerste leerjaar zijn, maar moet leerontwikkeling informeel stimuleren”

De kleuterschool met de klemtoon op de speelse en informele leermomenten moet blijven. Dat evenwicht is moeilijk, omdat nog te vaak leren wordt afgeknipt van de zorgtaak. Maar dat is zeker voor de jonge kleuters niet zo. “Dat vergt verdere professionalisering van kleuterleerkrachten. “Het welbevinden van kleuters is belangrijk, maar mag niet het hoofddoel zijn en het mag ook geen absolute voorwaarde zijn om te komen tot leren. Dit zorgt ervoor dat kleuteronderwijzer zijn moeilijker is dan aan een hogeschool doceren”, vervolgt Beckers. Ook Piet Taelman, directeur Onderwijsaangelegenheden van de UGent pleit voor een professionalisering van de ontwikkeling van methodes die specifiek voor kleuters bedoeld zijn.

“Goed kleuteronderwijs heeft een geweldige emancipatorische kracht, en dan is het belangrijk dat de lat hoog wordt gelegd, zeker voor de meest kwetsbare leerlingen. Een sterk taalbeleid begint bovendien in de kleuterklas”, aldus Beckers. Tot slot moet er op toegezien worden dat kleuterklassen niet te groot worden. “Op die manier hebben juffen en meesters meer ruimte om te differentiëren. Dit is een absolute must omdat de variatie in ontwikkeling binnen eenzelfde klasje vaak enorm breed is (leeftijd, intelligentie, sociale afkomst en thuistaal…)”, besluit Beckers.

Het Vlaams Belang pleit er dan ook dat er meer middelen worden voorzien in het kleuteronderwijs. “Alles wat we in de allerjongsten investeren, verdienen we later zeker en vast terug.”