Eigendomscontrole sociale huurders: “Ook voor andere steunmaatregelen moet buitenlandse fraude opgespoord kunnen worden”
Recent maakte de Vlaamse regering bekend dat 5 onderzoeksbureaus buitenlandse eigendommen van sociale huurders zullen opsporen. Vlaams Parlementslid Guy D’haeseleer (Vlaams Belang) pleit er nu voor om die controles ook te organiseren voor andere sociale steunmaatregelen in het beleidsdomein Wonen waarvoor dezelfde eigendomsvoorwaarden gelden. “Indien dat niet gebeurt, dreigen fraudeurs hun terrein gewoon te verleggen”, reageert Guy D’haeseleer, die bovendien ook de opsporing van ‘historische fraude’ mogelijk wil maken.
Sinds 15 maart 2021 kunnen sociale huisvestingsmaatschappijen controleren of sociale huurders – in strijd met de regels – geen onroerende buitenlandse eigendommen bezitten. Eerste resultaten stellen dat nogal wat allochtone huurders effectief een woning in hun thuisland bezitten en hier dus onwettelijk een goedkope – met gemeenschapsgeld gefinancierde – sociale woning huren. D’haeseleer merkt echter op dat de eigendomsvoorwaarde die in de sociale huisvesting geldt, ook geldt voor de huursubsidie en -premie, de huurwaarborglening, de Vlaamse woonlening en de sociale koopwoningen, maar dat voor die steunmaatregelen nog steeds geen controle mogelijk is op buitenlandse eigendommen, zelfs niet bij vermoeden van fraude.
"Wie eigendomsfraude heeft gepleegd moet levenslang verbod krijgen op premies, belastingverminderingen en andere tegemoetkomingen"
“Door de eigendomscontrole te beperken tot sociale huur, wordt er nog steeds ruimte gelaten om bij andere steunmaatregelen ongemoeid te frauderen”, stelt D’haeseleer. “Het controlesysteem moet dus verder uitgebreid worden. Dat niet doen is discriminerend jegens Vlamingen die in eigen land immers wel tot op het bot worden gecontroleerd op eigendommen.” Daarnaast riskeert de regering door deze beperkte controles uitwijkgedrag in de hand te werken. “Een sociale huurder die zijn huurwoning vijf jaar betrekt, heeft het recht om die aan te kopen”, vervolgt D’haeseleer. Bij enkele huisvestingsmaatschappijen is nu plots meer vraag naar de aankoop van sociale huurwoningen. “Er zijn vermoedens bij sociale verhuurders dat dit minstens deels een gevolg is van de fraude-opsporing.”
D’haeseleer wil bovendien dat minister van Wonen Matthias Diependaele (N-VA) de controle in de sociale huisvesting sluitend maakt. Er moet meer duidelijkheid rond mogelijke verjaringstermijnen komen en onderzoek gedaan worden naar historische fraude. “Ik ontving immers signalen dat fraudeurs snel hun buitenlandse eigendom op naam van een familielid laten zetten en dat er creatief wordt omgegaan om controles te ontwijken.” Verder moeten "eigendomsfraudeurs een verbod krijgen op verdere premies, belastingverminderingen en andere steun”.
Guy D’haeseleer heeft tot slot drie parlementaire vragen ingediend over de uitbreiding van de scope van de controles en het sluiten van de achterpoortjes.