Dedonder laat de grote vragen over Amay onbeantwoord
Het Vlaams Belang is niet te spreken over de wijze waarop minister van Defensie Ludivine Dedonder (PS) zich vandaag in commissie verantwoordde voor het schandaal in Amay. “De minister liet verschillende vragen onbeantwoord”, zegt Kamerlid Annick Ponthier. “Zo ook de grote vraag waarom er jarenlang niet is opgetreden. De meldingen dateren al uit 2021. De gespeelde onwetendheid van Dedonder is ongeloofwaardig en ongepast”.
Het Vlaams Belang wijst op het contrast tussen het reeds lang aangekondigde strenge beleid van de minister tegen grensoverschrijdend gedrag en haar aanpak van de zaak in Amay. Daar vonden binnen een peloton in het vierde Bataljon Genie mensonterende toestanden plaats bij integratie-activiteiten, zoals mishandelingen, pesterijen, seksuele intimidatie en een zwijgplicht hieromtrent. “Dedonder verkondigde vandaag dat ze zodra er lucht was van wantoestanden steeds drastisch en krachtdadig heeft ingegrepen”, aldus Ponthier, “Maar die verklaringen staan haaks op al die meldingen bij Defensie en vakorganisaties die sinds 2021 in de koelkast zijn blijven liggen.”
“Defensie kan dit soort anti-reclame missen”
De minister trachtte zich te verdedigen door naar bestaande maatregelen te verwijzen. “Zo bijvoorbeeld naar huidige initiatieven zoals boekjes, nota’s, vertrouwenspersonen en meldpunten, maar uit de feiten blijkt dat die niet functioneren zoals zou moeten”, vervolgt Ponthier, “En vreemd genoeg riep ze zelfs nog op om wantoestanden te melden bij de hiërarchische overste, terwijl dat nu net volledig spaak liep in dit dossier.”
Het Vlaams Belang wil dat minister Dedonder en de volgende regering uit deze affaire lessen trekken voor de toekomst. “Wij vragen om de veiligheidsprocedures rond de wapendepots en de controles op drugs te verstrengen, de informatiedoorstroming te verbeteren en korter op de bal te spelen wat evaluatie van sensibiliserings- en preventiecampagnes betreft”, concludeert Ponthier. “In tijden waarin onze Defensie elke nieuwe rekruut broodnodig heeft, moeten we dit soort nefaste anti-reclame kost wat kost vermijden.”