In de kijker: ADELINE BLANCQUAERT
Het parlementair reces is een ideaal moment om even terug te blikken op het voorbije werkjaar. Vandaag Vlaams Parlementslid Adeline Blancquaert.
“Als lid van de commissie Justitie met minister Zuhal Demir, en als lid van commissie Wonen en Erfgoed met minister Matthias Diependaele, leg ik voornamelijk het vuur aan de schenen van twee N-VA-ministers. Veel zeggen en weinig doen is de grote gelijkenis tussen hen beiden.
Diependaele gaat er graag prat op dat de afschaffing van de woonbonus ervoor zou zorgen dat de huizenprijzen zouden dalen. Maar zonder hiervoor alternatieven in te voeren wordt pijnlijk duidelijk dat onze huizenmarkt nog nooit zo diep in de penarie zat. Steeds minder jonge gezinnen kunnen nog een eigen huis aankopen zonder hulp van thuis en zien zich dus genoodzaakt hun heil te zoeken op de huurmarkt.
De Vlaming heeft een baksteen in de maag, daarom pleit onze fractie binnen commissie wonen dan ook keer op keer om het vuur in onze woningmarkt te blussen, alternatieven te voorzien voor de afschaffing van de woonbonus, de registratierechten naar beneden te halen en er zo voor te zorgen dat de Vlaming alsnog een woning kan blijven kopen.
Binnen commissie Justitie doet Demir graag alsof ze vrouwe Justitia zelf is. Straffeloosheid was echter nog nooit zo hoog. We blijven met een nijpend tekort zitten aan plekken binnen jeugdinstellingen en opnieuw kwam er een uitstel van zes maand voor wat betreft het voorstel dat slachtoffers en daders niet in eenzelfde jeugdinstelling terechtkomen. Zeker met het lakse federale Justitiebeleid heeft Vlaanderen nu nood aan een kordate Vlaamse minister van Justitie die onze belangen verdedigt. En Zuhal Demir is dat zeker niet.”
Wat zijn uw doelstellingen en aandachtspunten het komende parlementaire jaar?
“Het komende jaar zal ik me blijven inzetten in de strijd tegen seksueel geweld, de absurd hoge belastingen en het linkse beleid dat gevoerd wordt op onze woningmarkt. We nemen geen genoegen met halve antwoorden en slechte argumentatie die ministers soms gewoonweg aflezen van hun blaadje papier, maar komen zelf met voorstellen, initiatieven en ideeën naar voren om er op die manier voor te zorgen dat de Vlaming krijgt waarvoor hij gestemd heeft: een écht Vlaams en rechts beleid waarbij onze mensen op de eerste plaats worden gezet.”
