Cybercommando van Dedonder: “Veel geblaat, weinig wol?”
Minister van Defensie Ludivine Dedonder (PS) heeft haar langverwachte Cybercommando in het leven geroepen. “Het moet op termijn uitgroeien tot een heuse vijfde legercomponent, naast de land-, lucht- en zeemacht en de medische component”, zegt Kamerlid Annick Ponthier. “Maar gelet op de schaarste aan middelen en personeel, blijft het nog wel even bij aankondigingspolitiek.”
De bedoeling is om de cybercapaciteiten van de Belgische Defensie te ontwikkelen en te versterken, de missies van ADIV beter te ondersteunen en innovatie in cyberdefensietechnologie aan te zwengelen. “En dat is ook hoogstnodig”, aldus Ponthier. “De oprichting van een Cybercommando en cybercomponent was al een belofte van minister Dedonder bij haar aantreden, eind 2020.”
“We steunen de ontwikkeling van een Cybercommando en cybercomponent, maar hebben vragen bij de haalbaarheid ervan”
“Inzake cybercapaciteit loopt België immers erg achter, terwijl cyberoorlogsvoering in toenemende mate deel uitmaakt van de militaire strategieën van onze tegenstanders”, vervolgt Ponthier. Denk maar aande grootschalige cyberaanvallen tegen onze overheidsservers of het hacken van de mailservers van Defensie. Deze hebben aangetoond dat onze cyberinfrastructuur allesbehalve up to date is.”
“Wij hebben altijd voor een sterke defensieve én offensieve cybercapaciteit gepleit”, besluit Ponthier. “Het schoentje knelt echter bij het grote gebrek aan financiële middelen, waardoor we te weinig bekwaam IT-personeel kunnen aantrekken voor de cybercomponent. Hun verloning ligt in de privésector immers veel hoger. Het geld dat we voor concurrentiële lonen zouden kunnen gebruiken, besteedt de regering liever aan pakweg klimaatprogramma’s in West-Afrika.”
