"Deze staking van de vakbonden helpt niemand”
Het Vlaams Belang pleit voor een daling van de belastingen op arbeid en voor meer nettoloon. Voor de partij is de staking van vandaag voor niemand goed, niet voor de werkgevers en niet voor de werknemers. “Vandaag leggen de twee grote vakbonden ACV en ABVV een deel van het land lam door een staking”, zegt Vlaams Belang-volksvertegenwoordiger Hans Verreyt. “Staken is natuurlijk een recht – zelfs al is het moment, midden de coronacrisis, bijzonder ongelukkig – maar stakingsrecht mag geen vrijgeleide zijn voor onverantwoord gedrag”.
“Natuurlijk is die maximale loonnorm van 0,4% een wel zeer mager beestje”, verklaart Verreyt verder. “Maar de manier waarop de vakbonden bijna ogenblikkelijk de onderhandelingstafel hebben verlaten om naar het stakingswapen te grijpen, getuigt niet van enig verantwoordelijkheidsgevoel. In plaats van met oplossingen te komen blaast men het overleg op.”
“De crisis is bijlange nog niet gedaan en nu de vakbonden de bedrijven nogmaals willen treffen zal dat een averechts effect hebben en werkgelegenheid gaan kosten”
Kop van jut is de wet op de loonmatiging die nog dateert uit 1996, de jaren van oud-premier Jean-Luc Dehaene (CD&V). Die moest de Belgische concurrentiële positie beschermen ten aanzien van de buurlanden. Het toenmalige Vlaams Blok stemde toen tegen de invoering van die maatregelen omdat ze geen garantie boden op een groei van de werkgelegenheid. “Maar zoals vaker in dit land is een tijdelijke wet voor de eeuwigheid geschreven”, vervolgt Verreyt. “Na aanpassingen in 2017 door de regering Michel I is deze wet nog steeds een doorn in het oog van de vakbonden omdat ze de bewegingsruimte bij het onderhandelen over een loonsverhoging buiten de index om verhindert.”
Maar gezien de uitzonderlijke omstandigheden – de coronacrisis – is het voor het Vlaams Belang niet echt opportuun om de werkgevers nogmaals de factuur door te schuiven voor een extra loonsverhoging, klinkt het. “Sommige bedrijven/sectoren hebben inderdaad grote winsten gemaakt, maar andere zeer zeker niet en deze bloeden nu”, aldus nog Verreyt. “Ook aan deze laatste bedrijven een grotere verhoging opleggen, zou nefast zijn voor de tewerkstelling en onze economie”. Ander sectoren andere marges geven, ziet het Vlaams Belang evenmin zitten. “We zien immers dat de sectoren die nu al hoge lonen uitkeren, zoals de farma en de chemie. Bij zo’n verhoging zouden ze een nog grotere loonkloof slaan met de bedrijven die lage lonen betalen, denken we bijvoorbeeld aan de poetssector. Die kloof nu nog groter maken mag niet.”
"Het Vlaams Belang wil de focus leggen op het verlagen van de fiscale druk op arbeid", besluit Verreyt. "Wie werkt moet daar ook de vruchten van plukken. Wij gaan concreet € 150 per maand belastinggeld teruggeven aan de Vlamingen door de belastingvrije som op te trekken tot 12.990 euro en de aanslagvoet op de tweede schijf te verlagen van 40 naar 30 procent. Tegelijkertijd willen we met deze maatregelen de activiteitsgraad optrekken." Het Vlaams Belang wil tevens het minimumloon met 5 procent optrekken tot 10 euro per uur. Het minimumloon behoort in België bij de laagste van Europa (en zeker onze omringende landen) en het zijn vaak laaggeschoolde arbeiders die in de coronacrisis (moeten) blijven doorwerken.