“Stroomfactuur moet en kan sterk omlaag”
Het Vlaams Belang wil de stroomfactuur dringend naar omlaag. Dit zeker nu blijkt dat sinds vorig jaar de gasfactuur drie keer duurder is geworden en dat de stroomprijs met ruim de helft is gestegen. “En een daling van de prijzen zit er volgens energie-experten nog niet snel aan te komen. De komende jaren zullen dus zeer veel Vlamingen richting energiearmoede worden geduwd”, zegt Kamerlid Reccino Van Lommel (Vlaams Belang). “Om dit te voorkomen dient in de eerste plaats onze stroomfactuur, die nu niets anders is dan een verkapte belastingbrief, grondig te worden aangepakt.” De partij pleit in de eerste plaats voor een verlaging van het btw-tarief en een verwijdering van de zogenaamde ‘openbaredienstverplichtingen’, wat indirecte belastingen zijn.
Het voorbije jaar steeg de stroomfactuur van een gemiddeld Vlaams gezin met een variabel contract met 64 procent. En waar de gasfactuur vorig jaar 324 euro bedroeg, wordt dat nu 941 euro. “Groene stroom is maar al te vaak dure stroom”, aldus Van Lommel. “In tegenstelling tot linkse partijen zijn wij ons echter ten zeerste bewust van het probleem van de energiearmoede en dat je dit niet oplost met zonnepanelen of andere dure maatregelen. Integendeel, zo maak je het alleen maar erger.
“Het wordt tijd dat paars-groen begrijpt dat deze stroomfactuur niet kan, dat stroom geen luxeproduct is maar een basisbehoefte”
De stroomfactuur van een gezin bestaat in wezen uit vier onderdelen: de eigenlijke energiekost, de nettarieven, heffingen en btw. “Het zijn die laatste drie onderdelen, dus de belastingen en taksen en de zaken die eigenlijk niets met elektriciteit te maken hebben, die ervoor zorgen dat de factuur in Vlaanderen zo de hoogte wordt ingestuwd”, vervolgt Van Lommel. “En ik zeg Vlaanderen, omdat de factuur hier beduidend hoger ligt dan in Brussel en Wallonië.”
Het Vlaams Belang, dat over deze materie op 28 maart 2021 een digitale studiedag organiseerde, wil dat de btw op elektriciteit, die door de regering-Michel werd verhoogd naar 21 procent, opnieuw op 6 procent wordt gebracht. Daarnaast moeten voor de partij ook allerlei heffingen, zoals de federale bijdrage, de bijdrage voor het energiefonds en de energiebijdrage, dringend herbekeken worden.
“En dat geldt ook voor de nettarieven, waarin nog heel wat kosten zitten verstopt”, besluit Van Lommel. “Ik denk daarbij aan de zogenaamde openbaredienstverplichtingen, die goed zijn voor een derde van de elektriciteitsfactuur. Hierin zitten onder meer de kosten voor de installatie van publieke laadpalen en nieuwe gas- en elektriciteitsaansluitingen. En de subsidiëring van groene stroom. De miljarden aan groenestroomcertificaten die worden uitgeschreven voor grote zonnepaneelinstallaties en windturbines worden op een heel ondoorzichtige manier doorgerekend aan de gezinnen.”
