Nieuws
vrijdag, 02 jul 2021

Strijd tegen seksuele straatintimidatie: “Inburgeringsbeleid aanscherpen”

Het Vlaams Belang trekt aan de alarmbel omdat steeds meer vrouwen en meisjes op straat lastiggevallen worden, vooral in de grootsteden. Dit gebeurt tijdens het winkelen, op weg naar school, op het openbaar vervoer of tijdens hun vrijetijdsbesteding. Uit de meldingen die tot nu toe binnenkwamen op het online platform Safer Cities, blijkt dat maar liefst de helft van de vrouwen en meisjes aangeeft dat seksuele intimidatie een fundamentele impact heeft op hun bewegingsvrijheid. Vlaams Volksvertegenwoordiger Sam van Rooy (Vlaams Belang) uitte zijn kritiek in het Vlaams Parlement: Om de strijd tegen straatintimidatie écht te voeren moet het inburgeringsbeleid specifiek focussen op vrouwonvriendelijke culturen zoals de islamitische.

Uit eerder onderzoek in Brussel, Charleroi of Antwerpen bleek al dat maar liefst 91% van de 700 bevraagde vrouwen en meisjes reeds werd geconfronteerd met seksuele intimidatie op straat. Meer dan één op de drie (36%) had zelfs al te maken gekregen met ongewenste aanrakingen. Dit zette Plan International er toe aan om met het digitale platform Safer Cities seksuele straatintimidatie in kaart brengen. Daaruit blijkt dat de bewegingsvrijheid van niet minder dan 1 op de 2 vrouwen en meisjes wordt ingeperkt. Bovendien komt het steeds vaker overdag voor en op plaatsen die als ‘veilig’ worden beschouwd. Getuigenissen als: “Hij spuugde in mijn gezicht omdat ik niet inging op zijn versierpogingen”, zijn niet uitzonderlijk. De regering moet durven inzien dat het in de eerste plaats gaat om een immigratie- en inburgeringsprobleem, stelt van Rooy.

Mocht Somers het verband tussen straatintimidatie en moslimimmigratie erkennen, dan kon het inburgeringsbeleid daar specifiek op inspelen

Van Rooy wijst erop dat meisjes en vrouwen zich in Antwerpen niet op hun gemak of onveilig voelen, vooral in wijken met veel moslims. Volgens het Vlaams Belang moet het immigratie- en inburgeringsbeleid dan ook veel strenger worden om onze steden opnieuw aangenamer en veiliger te maken. Het kan niet zo zijn dat vrouwen en meisjes zich waar ook op ons grondgebied ongemakkelijk of onveilig voelen”, reageert van Rooy. Minister Somers erkent dan wel de verontrustende cijfers, maar wil zich niet uitspreken over het daderprofiel en over het verband met massa-immigratie uit islamitische landen. “Nochtans koppelt Ayaan Hirsi Ali, een Amerikaans-Nederlands-Somalische onderzoekster en ervaringsdeskundige, de straatintimidatie rechtstreeks aan de moslimimmigratie naar onze steden”, argumenteert van Rooy. 

Somers stelt dat het probleem aangepakt moet worden door kordaat op te treden tegen de daders, omstaanders te mobiliseren en slachtoffers te ondersteunen. “Maar onder andere door de straffeloosheid zijn veruit de meeste slachtoffers niet geneigd om aangifte te doen. Slechts 6 procent van hen stapt naar de politie”, kaartte van Rooy aan. Dit is ook niet louter een veiligheidsprobleem, in de eerste plaats is het een cultureel probleem. Zolang er geen conclusies worden getrokken over de aanhoudende massa-immigratie uit landen waar vrouwen minderwaardig zijn en waar ze overál op straat onvrij zijn en niet zelf hun kleding en gedrag kunnen kiezen, zal dit probleem voort verergeren.”

Volgens Van Rooy moet er dan ook aan vreemdelingen en allochtonen - zeker wanneer ze afkomstig zijn uit een islamitisch land - duidelijk gemaakt worden dat vrouwen gelijkwaardig zijn aan mannen en dat seksuele intimidatie niet kan. Het Vlaams Belang wil ook dat er werk gemaakt wordt van strengere straffen voor mannen die zich er toch aan bezondigen.