Slechts drie procent werkende asielzoekers betaalt financiële bijdrage aan opvangcentrum
Asielzoekers die werk hebben moeten in principe een financiële bijdrage leveren als ze in een opvangcentrum blijven wonen, maar slechts drie procent van hen betaalt ook daadwerkelijk. Dat blijkt uit het antwoord van staatssecretaris Nicole de Moor (cd&v) op een vraag van Vlaams Belang-fractieleider in de Kamer Barbara Pas. Het Vlaams Belang wil dat verschuldigde bedragen met terugwerkende kracht worden ingevorderd. “Het is niet meer dan logisch dat we asielzoekers die hier opvang genieten op kosten van de staat én zelf inkomsten verwerven, vragen om iets bij te dragen”, zegt Pas. “Dat deze verplichting dode letter blijft, is onaanvaardbaar.”
Asielzoekers mogen in België werken vier maanden nadat ze hun aanvraag hebben ingediend. In dat geval moeten ze in principe een financiële bijdrage leveren als ze in het opvangcentrum blijven wonen. Staatssecretaris de Moor geeft echter toe dat de verplichting in de praktijk veelal dode letter blijkt. Er bestaat bovendien geen klaarheid over het aantal asielzoekers dat uiteindelijk de verplichte bijdrage aan de opvang heeft betaald. “Dat hoeft niet te verbazen aangezien enige controle steevast is uitgebleven”, reageert Pas. “De overheid blijkt zelfs niet te weten hoeveel personen eigenlijk de wettelijke verplichting om melding te maken van hun activiteiten op de arbeidsmarkt zijn nagekomen.”
Uit ‘cijfers bij benadering’ blijkt dat in 2021 279 personen de bijdrage hebben betaald, goed voor 3 procent van de werkende asielzoekers. Uit een kruising van de gegevens met de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, zijn er in 2021 namelijk meer dan 10.000 asielzoekers die in een opvangcentrum verbleven, voor kortere of langere tijd, actief geweest op de arbeidsmarkt.
“De overheid blijkt zelfs niet te weten hoeveel personen eigenlijk de wettelijke verplichting om melding te maken van hun activiteiten op de arbeidsmarkt zijn nagekomen”
“Wie deze cijfers op een rijtje plaatst, kan maar moeilijk anders dan vaststellen dat ook hier sprake is van grootschalig misbruik”, vervolgt Pas. “Voor het Vlaams Belang kan en mag dit niet zonder gevolgen blijven. Diegenen die aan het werk waren, terwijl ze in een opvangcentrum verbleven en daarvan geen melding hebben gemaakt, laat staan een bijdrage hebben betaald, mogen daar niet zomaar mee wegkomen: de verschuldigde bedragen moeten dan ook met terugwerkende kracht worden ingevorderd.”
Het Vlaams Belang merkt ten slotte op dat staatssecretaris Nicole de Moor al meermaals heeft verklaard dat er spoedig werk zou gemaakt worden van een ‘transparant’ systeem waarin voorzien zou worden in ‘een faire bijdrage’ en ‘een effectieve en efficiënte controle’. “Helaas staan we zes maanden na de eerste aankondiging nog geen stap verder”, besluit Pas.