Recordaantal boetes voor overtreding kilometerheffing, maar 1 op 3 boetes blijft onbetaald
In 2022 werd in totaal meer dan 19 miljoen euro boetes opgelegd aan transportfirma’s omdat vrachtwagens niet in orde waren met de reglementering omtrent de Vlaamse kilometerheffing. Dat is fors meer dan de voorbije jaren. Maar liefst 80 procent van het totale bedrag aan boetes – of zo’n 15,4 miljoen euro – werd opgelegd aan buitenlandse transportfirma’s. “De inning van de boetes loopt vooral bij buitenlandse firma’s duidelijk nog steeds moeizaam”, reageert Vlaams Parlementslid Carmen Ryheul. “We mogen echter niet toelaten dat buitenlandse transportfirma’s ontsnappen aan de betaling. Anders vormt dit een bijkomend concurrentieel nadeel tegenover onze eigen bedrijven.”
Eigenaars van vrachtwagens moeten een kilometerheffing betalen voor het gebruik van de autosnelwegen, alsook voor bepaalde andere wegen. Die wordt berekend met behulp van een ‘On Board Unit’ (OBU) die het aantal gereden kilometers registreert. Er wordt gecontroleerd of die OBU aanwezig is en ingeschakeld is. Wanneer dat niet het geval is, moet een boete betaald worden.
Het bedrag aan uitgeschreven boetes wordt elk jaar hoger, zo blijkt uit cijfers die Ryheul opvroeg bij minister van Financiën Matthias Diependaele. In 2020 werd voor € 11.852.051 aan boetes opgelegd, in 2021 was dit bedrag al opgelopen naar €14.218.675 in 2021 en voor 2022 werden voor maar liefst € 19.108.060 boetes uitgeschreven. Dat is een stijging met meer dan een derde (34 procent) tegenover het jaar 2021. Maar liefst 80 procent van de in 2022 uitgeschreven boetes – een bedrag van € 15.437.400 – werd uitgeschreven voor buitenlandse vrachtwagens.
52,67 procent van de in 2022 opgelegde boetes onbetaald
Op datum van 19 januari 2023 bleek dat maar liefst 52,67 procent van de in 2022 opgelegde boetes onbetaald te zijn. Van de boetes aan buitenlandse vrachtwagens is zelfs nog maar de helft (50,02 procent) geïnd. Ook van de boetes van de eerdere jaren blijven er veel onbetaald: een vierde of zelfs meer. “Van de boetes van 2019 is nog maar 71 procent betaald, van de boetes van, 2020 75 procent en van de boetes van 2021 73 procent”, stelt Ryheul vast. “De inning van boetes bij transportfirma’s uit bepaalde landen is nog steeds ondermaats. Van de in 2021 uitgeschreven en dus allang vervallen boetes voor Roemeense vrachtwagens is maar 56,5 procent geïnd en van de boetes voor Spaanse en Bulgaarse vrachtwagens met inningspercentages van respectievelijk 49,8 procent en 45,9 procent zelfs niet eens de helft.”
Eerder had de minister verklaard dat de toegang tot buitenlandse transportgegevens een grote stap vooruit zou zijn voor de inning van de boetes. Dit zou mogelijk worden via de omzetting van de Europese EETS-richtlijn. “Alhoewel die richtlijn inmiddels is omgezet en het Vlaamse decreet daarvoor op 12 juli 2022 gepubliceerd, blijken de gegevens nog steeds niet consulteerbaar”, besluit Ryheul. “De Dienst Inschrijvingen van Voertuigen (DIV) heeft de voertuiggegevens van andere lidstaten volgens de minister nog niet ontsloten waardoor de Vlaamse Belastingdienst er nog geen gebruik van kan maken. Ik dring aan dat hier snel werk van gemaakt wordt, want het kan niet dat boetes aan buitenlandse transportfirma’s massaal onbetaald blijven. Dat bezorgt onze eigen transportfirma’s immers een concurrentieel nadeel.”